De NIMA B eMarketing kandidaat kan:
2.20 de fases van het opstellen van een segmentatiestrategie beschrijven (K)
2.21 voorbeelden geven van de technische en organisatorische criteria die gelden voor de toepassing van een segmentatiestrategie (B)
2.22 op basis van een praktijksituatie de markt segmenteren op basis van het oriëntatie-, kanaalvoorkeurs- en koopgedrag van de klanten, conform het Customer Lifetime Value-model (PV)
2.23 op basis van een praktijksituatie een custumer journey met behulp van een persona opstellen (PV)
2.24 op basis van een praktijksituatie binnen de gemaakte segmentering een onderbouwde keuze maken voor één of meer doelgroepen of doelgroepsegmenten waar de organisatie zich op gaat richten met haar eMarketingactiviteiten (PV)
2.25 beschrijven wat de voor- en nadelen zijn van Behavorial Targeting en afgeleide technieken als Re-Targeting (K)
2.26 op basis van een praktijksituatie bepalen welke invloed eMarketing heeft op de online en offline positionering van een organisatie (PV)
2.27 op basis van een praktijksituatie op basis van de uitkomsten van Perceptual Mapping een organisatie adviseren over de gewenste positionering, rekening houdend met de marketingoriëntatie van de organisatie (PV)