Geert Hofstede heeft onderzoek gedaan over de hele wereld en op grond daarvan heeft hij zes dimensies ontwikkeld om nationale culturen mee te categoriseren. Een voordeel hiervan is dat iemand zich snel kan voorbereiden op de verschillen die hij kan verwachten tussen zijn cultuur en de cultuur die hij gaat tegenkomen. Daar staat het nadeel tegenover dat je op grond van deze indeling mensen in hokjes gaat stoppen.
Daarom is het belangrijk dat je in de gaten houdt dat Hofstede’s model slechts één manier is om naar mensen te kijken. Iemand is niet alleen Belg of Chinees, maar ook man, vader, zoon, stedeling, hoger opgeleid, etc. Er zijn dus veel meer kenmerken waarmee je mensen kunt categoriseren. Denk bijvoorbeeld aan de kenmerken voor segmentatie.
Hofstede’s 6 dimensies van nationale cultuur zijn:
- Collectivism – Individualism
- Small – Large Power Distance
- Femininity – Masculinity
- Uncertainty Tolerant – Uncertainty Avoidant
- Long term orientation – Short term orientation
- Indulgence – Restraint
Over Femininity – Masculinity
Volgens Hofstede op zijn site, is winnen belangrijk in een masculiene cultuur. Het gaat vooral om kwantiteit: big is beautiful. In een masculiene cultuur zijn mannen dus meer macho.
Relatie met visie op communicatie
De masculiene manier van denken past beter bij de visie van ‘communicatie is zenden‘: hoe meer en hoe harder je zendt, hoe beter het is. Het gaat tenslotte om kwantiteit: big is beautiful.
De feminiene manier van denken past beter bij de visie ‘communicatie is gemeenschappelijk maken‘. In een feminiene cultuur heeft men sympathie voor de underdog en de zwakkeren in de samenleving; het gaat niet om winnen, maar erbij horen.