Communicatievermogen: hoe goed een medium in staat is om een boodschap over te brengen (die boodschap kan rationeel of emotioneel zijn, verbaal of non-verbaal).

Een klassiek voorbeeld van communicatievermogen is een luxemerk dat zijn boodschap van ‘luxe’ niet kan overdragen via een huis-aan-huisblaadje op krantenpapier, maar wél via glossy magazines en op tv.

Communicatievermogen van een medium wordt beïnvloed door de aandacht, acceptatie en appreciatie die het in combinatie met de boodschap kan oproepen bij de ontvanger.

Factoren van Communicatievermogen

Volgens Floor, Van Raaij en Bouwman hangt communicatievermogen af van de volgende factoren:

• technische eigenschappen van het medium
• context van het medium
• confrontatiesituatie
• binding met het medium (Floor 2015 p251)

Technische eigenschappen van het medium

Welke content kan het medium bevatten? Hoe goed kan dit medium de content presenteren? Denk hierbij aan bijvoorbeeld:

• Beeld: Kan beeld worden weergegeven? Kan het bewegen? Hoe goed is de beeldkwaliteit?
• Geluid: Kan geluid worden weergegeven? Hoe goed is de geluidkwaliteit?
• Formaat: hoe groot kan het beeld vertoond worden?

Context van het medium

De context van het medium wordt ook wel ‘umfeld‘ genoemd. Denk bijvoorbeeld aan:

• Sfeer van het medium. Dit beïnvloedt welke emotie die de ontvanger met je uiting associeert. Denk bijvoorbeeld aan:
  • Aantal redactionele pagina’s versus aantal advertentiepagina’s.
  • Autoriteit van het medium. Een beauty-blog heeft bijvoorbeeld wel autoriteit op het gebied van uiterlijke verzorging, maar niet op het gebied van energie-besparing.
• Verschijningsdata. De volgende vragen kunnen hierbij van belang zijn:
  • Wordt het medium gekocht vanwege haar nieuwswaarde, of voor de ontspanning?
  • Verschijnt het bericht vlak voor of tijdens de gebeurtenis waarop je wilt inhaken, of erna?
  • Verschijnt het bericht vlak voor, tijdens het evenement dat je organiseert, of erna?
• Valt je uiting/de content genoeg op? Zijn er niet teveel soortgelijke uitingen/ content waarmee de doelgroep geconfronteerd wordt? Kan de uiting/ content genoeg aandacht krijgen van de doelgroep?

Confrontatiesituatie

Ook de situatie waarin de doelgroep wordt geconfronteerd met je uiting/ content beïnvloedt welke emotie hij met je uiting associeert. Denk hierbij aan:

• In welke situatie wordt de doelgroep geconfronteerd met je uiting?
• Staat de doelgroep op het moment van confrontatie open voor je boodschap?
• Met welke media wordt hij tegelijk geconfronteerd?

Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de volgende situaties:

• Thuis: met gezin of alleen.
• Werk
• Vervoer
• Moment van de dag, bijvoorbeeld: vroege ochtend, middag, namiddag, avond, nacht.
• Moment van de week, bijvoorbeeld: werkdag, vrije middag, weekend.

Touchpoints optimaliseren

Als je op zoek bent naar de beste touchpoints voor je merk om in contact te komen met de doelgroep, dan is het ook goed om te kijken naar de confrontatiesituatie.

Binding met het medium

Als de doelgroep meer binding voelt (emotie) met een medium dan zal hij eerder aandacht besteden aan dit medium en de uitingen/ content hierin. Bovendien zal hij met meer aandacht de content tot zich nemen. Hoe weet je of de doelgroep binding heeft met het medium? Dit hangt bijvoorbeeld af van de volgende factoren:

• Betaalt de doelgroep voor het medium?
• Doet de doelgroep op een andere manier moeite om het medium te kunnen gebruiken?
• Past het medium bij een gewoonte? Bijvoorbeeld: elke donderdag de weekfolders doornemen op aanbiedingen, elke zaterdag de krant lezen, tijdens het vissen altijd naar voetbalcommentaren op de radio luisteren, etc.